fbpx

Tour de Pyrenees 1200km in 4 dagen!

Tour de Pyrenees 1200km in 4 dagen!
05/04/2022 Noah van Putten
In Trips

Tour de Pyrenees

1200km in 4 dagen

COERS Cycling Club

Tour de Pyrenees 2022

In de zomer van 2020 voltooide club endurance kleppers Christian, Thijs en Kevin een van hun mooiste tochten ooit. Na de zomerse trainingsweek in de Midi-Pyrenees fietsten ze binnen 5 dagen via een adembenemende route terug naar huis. Die mooie, maar hele zware tocht smaakte naar meer. Dit jaar fietsen Kevin en Christian een enigszins aangepaste tocht in de omgekeerde richting. Extra bijkomstigheid dit jaar: geen vijf, maar drie dagen!

Op woensdagochtend 30 maart ging de wekker al vroeg in huize Van Doorn. Rond een uur of 6 werd er al ontbeten, om vervolgens de fietsen een laatste keer te controleren voordat er aan een nieuw, bizar fietsavontuur begonnen zou worden.

De Retour de France van 2020 zou een heruitgave krijgen, alleen dan in omgekeerde richting en binnen 3 dagen. Gelukkig stond Christian er niet alleen voor, hij werd vergezeld door Kevin. Deze twee endurance kleppers hebben samen al genoeg bizarre ritten gereden. Zoals gezegd fietsten ze in 2020 terug vanuit Frankrijk, maar ze fietsten op de longest day van 2020 ook al eens meer dan 600 kilometer door alle provincies van Nederland. Ook werden de provincies Zuid-Holland, Utrecht en Flevoland samen rondgereden. Deze bizarre uitdagingen vallen echter in het niets in vergelijking met wat er deze zomer op de planning staat: de 4000 kilometer van de 100 cols tocht binnen 14 dagen voltooien. Deze Tour de Pyrenees moest daar alvast een voorproefje op worden.

Door de regen van Helvoirt naar Parijs

Om half 8 werd iets later dan gepland vertrokken vanuit Helvoirt. Via de snelfietspaden van Brabant werd al snel de Belgische enclave Baarle-Hertog bereikt, om niet veel later België al in te rijden. Daar werd het dorp van Wout van Aert, Lille, gepasseerd.

De wegen werden daarna zoals je kon verwachten, heel slecht. Maar zelfs op de slechte Belgische wegen hadden Christian en Kevin niks te klagen. Hun Gilbertsons met 32mm banden boden uitstekend comfort

Iets na het middaguur werd de eerste mijlpaal van de dag bereikt: Brussel. In de Europese hoofdstad werd even uitgerust, voor het vizier gericht werd op het einddoel van de dag, Parijs, wat nog zo een 300 kilometer verderop lag.

In Wallonië bleek dat de weergoden Christian en Kevin niet gunstig gezind waren. In de uitlopers van de Ardennen moesten ze hun regenjacks tevoorschijn halen, aangezien het flink begon te regenen. Met slechts 5 graden op de thermometer maakte de regen het extra koud. De wind stond gelukkig in de rug, en dus reden Christian en Kevin rustig verder door de regen.

Na 200 kilometer, met daarin flink wat kuitenbijters, werd de grens met Frankrijk overgestoken. Hiervandaan werd de route wat vlakker, en kon er iets meer tempo gemaakt worden richting Parijs. Het ritme werd echter een paar keer flink opgebroken door wat volgens Strava ‘niet-gespecificeerde’ wegen. In de praktijk bleken dit meestal gravelstroken te zijn, waardoor deze etappe een soort gravel ride XL werd. Deze ‘mini hel van het noorden’ passeerde dan ook toepasselijk de startplaats van de echte ‘hel van het noorden’, Compagnie.

In Compagnie werd voor de laatste keer flink bijgetankt voordat de laatste 70 kilometer naar Parijs verreden zouden worden. Het was echter al donker geworden, wat het laatste stuk extra listig maakte. Wat niet meehielp was dat Kevin had op een van de onverharde stroken een aflopende voorband had opgelopen. Het laatste stuk door het donker werd daarom extra behoedzaam gereden.

Uiteindelijk bereikte Christian en Kevin iets na de klok van middernacht hun hotelkamer, alhoewel, hotel was een groot woord. De kamer in het F1 hotel had meer weg van een gemiddelde isoleercel, dan een hotelkamer. Op de twee (spijker)bedden werd geslapen en gepoogd wat te herstellen voor de volgende etappe

Heksenketel Parijs

De volgende ochtend werden de plannen gewijzigd. Waar het oorspronkelijk de bedoeling was om rond 5 uur te vertrekken, werd het depart uitgesteld vanwege het slechte weer. Hierdoor werden niet alleen de ergste buien ontlopen, maar kreeg zeiknatte kleding van de dag ervoor ook de kans om op te drogen. Na het nuttigen van een goed ontbijt kon er uiteindelijk iets voor 11 uur vertrokken worden. De rit die volgde, zou een veldslag worden. 

De overnachting in Saint-Denis betekende dat er uit het vertrek een weg gebaand moest worden door de grootste en meest chaotische verkeers heksenketel van Europa, Parijs. Zigzaggend moest het luid toeterende verkeer ontweken worden op de toeristische strava route, die Christian en Kevin langs de Notre Dame bracht. Iedereen die wel eens met de auto langs Parijs gereden heeft, weet dat de gemiddelde Fransman zo goed kan rijden als Ilnur Zakarin kan dalen, maar op de fiets krijg je zowaar een nog betere ervaring van de Franse stuurmanskunsten, of vooral het gebrek daaraan, dan met de auto. Het aantal keren dat het maar net goed afliep op een kruising viel niet bij te houden.

Tijdens deze spreekwoordelijke veldslag, die bijna het ‘waterloo’ van Christian en Kevin werd, hadden ze zich een aantal keer bijna naast Napoleon kunnen leggen op de bekendste begraafplaats van Parijs, het Dôme des Invalides.

Nadat het centrum van Parijs doorkruist was, wachtte een ‘leuke’ verrassing op het duo, er mocht extra hersteld worden. Dit was echter niet een geplande stop, maar een noodzakelijke stop. Op de fietspaden in de buitenwijken van Parijs lagen talloze Parijse clochards hun roes uit te slapen. Deze levende hindernisbaan vormde een soort slalom, waar een kapotgeslagen wijnfles uiteindelijk een einde aan bracht. Kevin reed recht door het glas heen, en stond zowel voor als achter plat.

Na een niet al te snelle pitstop bij een Franse fietsenmaker werd er weer verder gefietst. Op het vlakke kon enigszins doorgefietst worden, maar gezien het vele tijdverlies was het einddoel Limoges niet haalbaar. Er werd daarom besloten om in Orleans een slaapplek te zoeken.

Gelukkig zaten de hotels deze keer niet stampensvol, en was er, in tegenstelling tot tijdens de Retour de France, nog een kamer beschikbaar voor twee uitgehongerde wielrenners. Na wat opgewarmd te hebben werd er bij een plaatselijke grill tent gegeten, voorfat er optijd geslapen werd voor weer een serieuze etappe de dag erna.

To hell and back again

Na de welverdiende nachtrust werd vertrokken om het restant van etappe 2 te rijden. Tussen Orleans en Limoges lagen er 275 kilometers op Christian en Kevin te wachten. Na een korte stop bij de 17e-eeuwse Cathédrale Sainte-Croix d’Orleans, inclusief een indrukwekkende steunbetuiging aan de Oekraïners, werd er echt vertrokken.

De eerste 50 kilometer verliepen vlot en gaven hoop voor de rest van de tocht. De wind stond in de rug, het terrein was vlak en de regen van de voorgaande dagen was verdwenen. Maar na het passeren van Chaumont sloeg het weer helemaal om. De wind kwam ineens uit het westen, wat zorgde voor een snijdende zijwind, en niet veel later begon het ook nog eens te sneeuwen.

De alarmbellen begonnen steeds harder te rinkelen naarmate de natte sneeuw evolueerde in plak sneeuw die bleef liggen. De gladheid viel gelukkig mee, maar met een gevoelstemperatuur die ver beneden het vriespunt lag, waren de resterende 200 kilometer geen pretje om het zacht uit te drukken.

In een gestaag tempo werd doorgereden richting Chateauroux, waar een late lunch genuttigd werd. Christian en Kevin werkten hier allebei dik 3000 calorieën naar binnen om hun motoren draaiende te houden. Dit zou achteraf een meesterzet blijken, want net als tijdens de eerste etappe zouden de koude avonduren enorm veel energie eisen.

Na de lunch begonnen de hoogtemeters elkaar sneller op te volgen. Op hoogte is het nog kouder, waardoor er meer sneeuw bleef liggen. Dit zorgde ervoor dat het wintersportplaatje helemaal compleet werd met besneeuwde heuvels. Helaas waren Christian en Kevin hier niet om op de lange latten naar de après ski te gaan, maar om op de fiets naar Limoges te gaan, wat nog altijd zo een 150 kilometer verderop lag.

  • De Midi-Pyrénées week is iets wat ieder COERS lid moet meemaken. Het is een week waarbij fietsen en plezier hand in hand gaan

    – Noah van Putten

Diep in het Franse niemandsland begon het erop te lijken dat de weergoden onderling een weddenschap afgesloten hadden om Christian en Kevin tot overgave te dwingen. Het begon nog harder te sneeuwen, en door het vallen van het donker werd het ook almaar kouder.

Het laatste deel van de rit laat zich het beste omschrijven in woorden die na de eerste rit binnenkwamen van Cycloteam-cultheld, Henry van Vugt (alias: D’n Barre): ‘pure zelfkastijding dit Van Doorn; in de overtreffende trap!’

Op pure wilskracht werd er door gebikkeld richting het hotel. Terwijl de winterse neerslag exponentieel toenam, nam het zicht exponentieel af. Als ‘de iceman’ Wim Hof wielrenner was geweest, zou hij zich thuis gevoeld hebben tussen de steeds hoger wordende sneeuwhopen langs de kant van de weg. Met nog 50 kilometer te gaan kreeg deze toch al epische rit een zowaar nog indrukwekkendere apotheose.

Het venijn van de route bleek hem in de staart te zitten. Er lagen nog talloze lange en minder lange kuitenbijters op het bevroren COERS duo te wachten. In een sluier van dikke sneeuw werden de beklimmingen afgewerkt. Met moeite kon het door Christian zo geliefde buitenblad nog gebruikt worden. Flink uit het zadel komend, in een poging om de lichaamstemperatuur wat omhoog te krijgen, werd er aan ongeveer 300 watt omhoog gekropen. De witte vlag hijsen was geen optie gedurende deze 11 uur lange veldslag, de finish in Limoges moest en zou gehaald worden.

De afdalingen bleken ondertussen ook geen sinecure meer te zijn. Op het matige wegdek in de Dordogne had de sneeuw zich flink opgehoopt op de weg, met de nodige bijna schuivers tot gevolg. De fietspakjes waren ondertussen helemaal doorweekt, waardoor de koud tot op het bot doorsloeg. In de vingers was ook geen enkel gevoel meer aanwezig, wat niet bepaald hielp bij het veilig voltooien van de rit.

Zelfs de ‘built to last’ fiets begon te haperen tijdens het laatste deel van de rit. Vanwege opgehoopte sneeuw in de derailleur begon Christians ketting over te slaan. Gelukkig was Limoges ondertussen in zicht, en lag het klimwerk achter de rug.

Na een laatste moeilijke afdaling werd in het holst van de nacht het hotel in Limoges bereikt, maar hiermee was het avontuur nog niet ten einde. Het Spartaanse F1 onderkomen had haar receptie gesloten, en een ‘self check in’ was nergens te bekennen. Bij het boeken was er wel een pincode voor de voordeur verstrekt, maar een kamer bemachtigen bleek onmogelijk. Zelfs de hulp van een eerder ingecheckte gast bleek tevergeefs. Er leek niks anders op te zitten dan de zelf meegebrachte matjes op de gang uit te rollen, en daar te overnachten. Terwijl Christian van wat meubilair een soort droogrek probeerde de bouwen voor de zeiknatte kleding, stormde een imposante Franse beveiliger binnen. Hij had op de camerabeelden deze verdachte taferelen gezien, en kwam verhaal halen. Gelukkig werd de ernst van de situatie hem snel duidelijk, waarna hij een kamer opende voor het compleet uitgeputte duo.

Beide coureurs vielen meteen in slaap bij het raken van het kussen. Na 275 kilometer door de vrieskou, was het opladen van de 3% body battery een absolute must. 

Om deze derde dag af te sluiten in de woorden van de renners: ‘Ondanks de vele avonturen die wij op alle fronten beleefd hebben, was dit het meest epische en indrukwekkende avontuur tot nu toe. Het was de zwaarste rit ooit, waarbij een heel seizoen kamp van Koningsbrugge je laat glimlachen.’

Eindsprint naar Puissentut

Na wat beperkte nachtrust werden Christian en Kevin de volgende ochtend alweer vroeg van hun (spijker)bedje gelicht door de rumoer van een grote Franse rugbyclub, die het hotel als uitvalsbasis hadden gekozen voorafgaand aan een wedstrijd. Zodra het gestommel begon, vloog Christian naar het spartaanse ontbijtzaaltje om de aan de verwarmingen opgehangen kledingstukken te verzamelen voordat deze evtueel ten prooi zouden vallen aan een van de uitgelaten jeugdige grappenmakers. Deze boys hadden duidelijk nog voldoende energie getuige het non-stop geratel over waar ze vanavond met z’n allen op stap zouden gaan om de boel op z’n kop te zetten, voor zover Christian dit vertaald kreeg met zijn (beperkte) Franse vocabulaire.

Nadat de droge 100 cols kelding aangetrokken was en de fietsen met het nodige TUNAP supersmeermiddel weer op gang waren geholpen, werd het Spartaanse onderkomen verlaten voor de ‘eindsprint’ van dik 300 kilometer naar het Chateau de Puissentut in de Gers. De dag begon waar de vorige dag mee geëindigd was: een ijskoude wind, een halve meter sneeuw en een gevoelstemperatuur van -9.

Onder deze nog altijd barre omstandigheden leidde een zoektocht Christian en Kevin naar een bakker in een klein dorpje buiten Limoges. Deze bakker bleek een wielerliefhebber te zijn, die alles over de fietsen en de tocht wilde weten. Of de bakker na het bezoekje van Christian en Kevin nog steeds een wielerliefhebber is, valt te betwijfelen. Hij kon namelijk zijn deuren sluiten nadat Christian en Kevin hun bestelling geplaatst hadden, ze lieten geen enkel broodje of zoetigheidje liggen voor de rest van het dorp. Nadat de interne straalmotoren hiermee gevoed waren, werd er vertrokken voor de rit.

In tegenstelling tot de voorgaande dagen waren er nu geen al te gekke gebeurtenissen onderweg. Ondanks de vermoeidheid werd er in een degelijk tempo doorgereden richting Zuid-Frankrijk. Hoewel het nog steeds behoorlijk koud was, viel het in vergelijking met de voorgaande etappe reuze mee. Diverse heuvels werden overwonnen, en gestaag kwam het einddoel dichterbij.

Zonder al te veel gekkigheid werd er na 150 kilometer een pizzabakker in een klein dorpje bereikt. De kleine pizzaria werd gerund door een echtpaar dat zichtbaar verbaasd was bij de aanblik van 2 winters ingepakte bikepackers op doortocht. Na een korte uitleg van de reis vertelde Christian en Kevin dat ze nog ruim 160km moest afleggen, en dat ze daarom uiteraard alleen de meest rijkgevulde en grootste pizza’s van de kaart zouden wilden bestellen, kregen Christian en Kevin en verassend antwoord: ‘weet je wat, maak ‘m zelf maar!.’ Wild gebarend werd Christian de keuken in gedirigeerd, getooid met koksmuts en met een bal pizzadeeg in zijn handen werd hij direct aan het werk gezet. Het werden kip pizza’s en een extra Margharita XL voor Kevin, die ondertussen van de gelegenheid gebruik gemaakt had dit hilarische ritueel op de gevoelige plaat vast te leggen!

Inmiddels was het al half 7, en dus moest er vertrokken worden voor het laatste deel van de tocht. Na een paar pittoreske Franse dorpjes gepasseerd te hebben, viel de duisternis over Occitanie met nog 100 kilometer voor de wielen. Kevin zat er ondertussen behoorlijk doorheen, maar Christian nam een flink deel van het kopwerk voor zijn rekening. Op de survival modus leidde hij als half nachtdier – half pizzabakker deze tocht richting een goed einde.

De spreekwoordelijke stal kon geroken worden, maar de finale bleek nog een grillig spervuur aan kleine korte klimmetjes voor Christian. en Kevin in petto te hebben, met als uitsmijter de Col de la Vert. Aan het begin van deze klim zag het duo, na kilometers in het pikkedonker gereden te hebben, ineens een auto achteruit geparkeerd staan in een doodlopend bosweggetje waar ze recht op af fietste. Naarmate ze dichterbij kwamen en Christian’s 2000 lumen schijnwerper de volledige contouren van het voertuig onthulde, zagen ze dat alle ruiten volledig beslagen waren en er wat blote voetjes tegen de voorruit aan stonden, blijkbaar waren ze niet de enige die op deze afgelegen plek bezig waren met een spannende sportieve finale!

Bekende dorpjes als Saint-Clar en Bivez werden gepasseerd voor er nog 1 flinke klim opgereden moest worden richting Puissentut. Er werd een laatste krachtsinspanning geleverd, op de top konden de lichtjes van het Chateau gezien worden. De welbekende gravelafdaling vormde zelfs in het donker geen al te groot obstakel meer, waardoor er veilig gefinished werd.

Bij aankomst waren enkele COERS leden die aanwezig waren voor de trainingsweek opgebleven om Christian en Kevin binnen te halen als overwinnaars van deze epische tocht. De biertjes die klaar stonden voor de twee kleppers waren dan ook dik verdiend!

Onder het genot van die herstelbiertjes werd teruggeblikt op de vier monsterachtige etappes die voltooid waren, voor er toch al snel naar bed gegaan werd. Een van de meest bizarre COERS avonturen kwam hiermee tot een einde, maar de fietspret was hiermee absoluut nog niet voorbij. De overige aanwezige COERS leden waren al begonnen aan hun trainingsweek in de Midi-Pyrenees, waarbij Christian en Kevin na een broodnodige rustdag zouden aanhaken!