“Thom Rutten vliegt naar boven!”
Vorig jaar meldde Thom zich aan bij Cycloteam. De gedreven en enthousiaste wielerliefhebber uit Bilt zocht een omgeving waar hij meer ‘gelijkgestemden’ tegen zal komen. Na bij het IJsselmeerrondje de kracht van Thom te hebben kunnen aanschouwen, wisten we al dat Thom weinig echt gelijkgestemden tegen zal komen. Simpelweg omdat Thom bergop vrijwel door niemand is bij te houden….
Tijdens het klimcriterium in Berg en Terblijt eind mei bewees Thom al dat hij lekker aan het warm draaien was voor het ‘echte werk’ in de weken erna. Op de Geulhemmerberg was hij bergop de sterkste uit de koers. Jammer genoeg lag de finish dan ook niet bovenop
De eerste krachtmeting van Thom bij de cyclo’s volgde half juni bij de 3Ballons. Over een afstand van meer dan 200 km. wist Thom zich lange tijd staande te houden bij de absolute top. Uiteindelijk leverde dit een 13e plek overall op!
Bij de eerste cyclo van het jaar in de Lage Landen, de Eddy Merckx, wist Thom als één van de weinigen de oversteek te maken van vak 2 (nadeel van starten op leeftijd) naar het voorste peloton. Dat er toen 6 man waren gevlogen, kon Thom ook niet meer tegenhouden, maar vervolgens was Thom op vrijwel elke klim wederom voorin te vinden. Uiteindelijk leverde dit een nette 24e plek met een gemiddelde van bijna 36.
Te bedenken dat Thom liever wat langere bergen voor zijn rekening neemt, kon hij met een goed gevoel afreizen richting de Franse Alpen. Bij zijn 1e optreden aldaar stond hij bij de Vaujany gelijk op de hoogste trede in zijn leeftijdscategorie en werd hij 4e overall!
Afgelopen zaterdag wist Thom zich ook in La Marmotte tussen alle grote cyclokleppers te handhaven en werd Thom wederom 20e met een tijd van onder de zes uur. Al die trainingsarbeid is zeker dus niet voor niks! Naast het wielrennen zet Thom zich vanuit zijn functie als manager bij het Nederlands Instituut voor Sport & Bewegen in voor een betere (duurzamere) samenleving, waarin sport een belangrijk middel is.
In juni werd al duidelijk dat het met de vorm ook in 2014 wel goed zat. Met een onverwachte 13de plek in les trois ballons en een 24ste in de GF Eddy Merckx leek het erop dat mijn doel van 2 jaar geleden – top 50 Marmotte – zeker haalbaar was. Met vertrouwen vertrok ik dus op zaterdag naar de Alpen.
LA VAUJANY: 4de (1e cat 30-39)
Vorig jaar beviel het uitstekend om meteen de dag na aankomst bij de Vaujany van start te gaan. Een cyclo van 173km met net wat minder hoogtemeters dan de Marmotte en met de klim vanuit Allemont naar Villard-Reculas naar Alpe d’Huez
en de top van de Sarenne als grootste uitdaging. Alleen was het vorig jaar 25 graden en dit jaar maar 15 graden met stromende regen.
Bij de start leek het ook wel alsof heel wat renners besloten hadden voor een langer verblijf in hun bed te kiezen. Het was duidelijk minder druk dan in 2013. De aanwezige renners probeerden met jasjes, overschoenen, handschoenen en zelfs ouderwetse regenbroeken zich tegen de kou te wapenen.
De Vaujany start met een licht aflopende 35 km over de grote weg tot aan de voet van de Alpe Grand Serre. Vanaf daar nestelen de kleppers zich aan de kop van het peloton en gaat het tempo de hoogte in, terwijl de hemelsluizen op dat moment helemaal opengingen. Al vrij snel vormde zich een groep van 20 man waar onder andere Nijssen, Polveroni, Minnaert, Ruffaut en Gallego in zaten. Normaal wordt er hard aan kop doorgetrokken waarbij de deur achter openstaat. In de beklimming van de Grand Serre demarreerden de toppers 1-voor-1 totdat er 5 man weg waren, waaronder Ruffaut, Gallego en Nijssen.
Met een groep van 10 kwam ik vlak achter de eerste 5 boven. Bovenaan stapte Gallego al de auto in. In de afdaling reed Ostian nog naar de koplopers toe. Ik daalde iets minders hard, maar wel blijkbaar wel zo hard dat ons achtervolgende groepje ook tot 5 man uitgedund was.
Op de Ornon hielden we zicht op de 5 koplopers, maar kwamen we net niet terug. Na de afdaling, begonnen we met ongeveer 2 minuten achterstand in Allemont aan de klim naar Villard Reculas. Ruffaut was toen al afgebogen voor de winst in de 107km. In de eerste kilometer lostte ik al snel de rest van mijn groep en kon ik alleen in de achtervolging. Polveroni en Nijssen reden met zijn tweeën hard door. Ostian had het zwaar en hem haalde ik vlak voor de top van de Sarenne in. Helaas daalde hij vele malen beter en in het dal van Bourg d’Oisans had ie alweer 4 minuten voorsprong. Die achterstand maakte ik niet meer goed in het vervolg. De no 5 in koers lag ruim 10 minuten achter mij, dus de klim naar Vaujany kon ik vrij ontspannen doen.
De regen maakt het tot een gruwelijk zware koers. Mijn tijd was dan ook bijna 15m langzamer dan vorig jaar. Zelf heb ik niet al te veel geleden. Alleen de laatste twee kilometers tot Alpe d’Huez en het stukje naar de Sarenne klappertandend in de regen rondgereden. Erg tevreden met plek 4!
PRIX DE ROUSSES: 6de
Woensdag was het tijd voor wedstrijd 2. Ruim 40 km knallen, met eerst een beklimming van de Alpe d’Huez en uiteindelijk nog 8 km bij Vaujany omhoog. Na twee zon-dagen, regende het helaas weer keihard.
De uiteindelijke uitslag was al bijna na de eerste bocht bepaalt. Gallego en Phanon sprintten weg. Met 4 Nederlanders (Nijssen, Sybrandy, Tempelaar en ik) + 1 fransman – die er later af moest – reden we al snel op minuten achterstand. In de kletsnatte afdaling lieten Tempelaar en Nijssen zien dat ze de beste dalers waren. Met een lichte voorsprong begonnen ze aan de slotklim naar Vaujany. Sybrandy wist de oversteek nog te maken. Ik niet… Ik hield de no’s 3/4/5 in het zicht zonder dichterbij te komen. Zesde dus en bijna 5 minuten sneller dan vorig jaar.
MARMOTTE: 20ste
Hartstikke mooi die goede uitslagen in La Vaujany en Prix de Rousses. Maar het doel was twee jaar geleden toch echt om een keer bij de eerste 50 van de Marmotte te rijden. De vorm was er, maar hopelijk dit keer geen pech. Vorig jaar was de kans op een goede klassering al snel verkeken door een lekke band op de Glandon.
Na kilometer 15 begon de koers. Diego van Looy zette direct vanaf de voet van de Glandon hard aan. Ik kon op plekje 30 ofzo nog net aanhaken bij de eersten, maar reed al lichtjes in het rood. Vlak voor het steile afdalinkje halverwege nog een paar plekken opgeschoven, maar dat hielp niks. Direct na het afdalinkje ging het vreselijk hard. Van plek 10 zakte ik binnen 3 minuten terug naar plek 40. De eerste 25 reden razendsnel weg. Was ik toch niet in vorm? Of was het niveau gewoon heel hoog (achteraf dus het tweede.. . Gelukkig dat in een groepje van tien man waarin ik terecht kwam, stevig doorgereden werd, waardoor we groep 1 in het zicht hielden. Met ongeveer 30 seconden achterstand kwamen we boven. Ik had al zwaar in het rood gezeten en vreesde met grote vrezen de volgende 130km..
De afdaling van de Glandon lag nat. En na twee kleine schuivertjes binnen vijf bochten zag ik mijn groepje al snel uit het zicht verdwijnen. Rustig afgedaald (met nog een klein glijpartijtje onderaan die tegen – maar niet over gelukkig – de railing eindigde) en vanaf het dal weer aangezet. Gelukkig had de kop van de koers ook rustig gedaald, waardoor ik snel met 3 anderen kon aansluiten bij de kopgroep van een man of 35. Zo werd ik eenvoudig door het dal tot aan de Telegraphe meegevoerd.
Vanaf de voet van de Telegraphe ging het tempo weer de hoogte in. Wijs geworden van de Glandon ervaring wist ik dat dit tempo echt te snel was. En met ruim 30km klimmen in het vooruitzicht in een groepje van 5 gelosten naar boven geklommen. Het ging geen moment echt super, maar ik kon vrijwel de hele tijd laag D3 blijven rijden en wist dat ondanks dat ons klimtempo een stuk lager lag dan op de Glandon, het wel goed genoeg was om onze positie in de koers te handhaven.
Op de top van de Galibier haalden we nog een tweetal renners in en ook in de eerste kilometers van de afdaling raapten we nog twee man uit de oorspronkelijk kopgroep op. Samen met Yennick Wolthuizen en Hylke Sybsten kop-over-kop tot de voet van de Alpe gereden. Vanaf daar op wilskracht de 39*27/25 rondgetrapt en uiteindelijk tot nog in 53 minuten de Alpe omhoog gereden. Eindresultaat 20ste in 6u23 (5.58 netto dus excl Glandon).
Meer en beter dan wat ik ervan verwacht had. De top gaat veel en veel te snel voor me, maar met mijn plekkie in de subtop ben ik erg tevreden. Inderdaad levert al dat trainen dus toch resultaat op.
GRIMPEE d’ALPE: 8ste
Op zondag nog 1 keer Alpe d’Huez omhoog. Zin? Nee. Maar omdat ik tweede stond in het tussenklassement voor de Trophee l’Oisans moest ik wel.
De taart was al mooi met topklassering in La Vaujany en la Marmotte, maar een PR op Alpe d’Huez rijden (in 45m40s) een dag na de Marmotte is zeker de kers. Uiteindelijk verloor ik sprintje om de 7de plek van Kenny Nijssen.
Op ruimte afstand van Kenny eindigde ik ook als tweede in de Trophee l’ Oisans, met ook weer een ruime voorsprong op no. 3. Niet gedacht dat ik ooit het podium zou kunnen halen in een dergelijke wedstrijdcyclus. Het grote aantal uitvallers/ niet-gestarten in La Vaujany was zeker in mijn voordeel, maar toch. Mooiste wielerweekje voor mij ooit.
Twee jaar geleden had ik als ultieme doelen om een keer top25 in kleinere cyclo te rijden en top 50 in L3B en la Marmotte. Nu heb ik alles behaald. Komende maanden maar eens nadenken over nieuwe doelen.