COERS La Marmotte
19-06-2025
Le Bourg-d’Oisans
Van 19 tot en met 23 juni ontketenden acht COERS-kleppers hun beste klimmersbenen tijdens het COERS Marmotte-weekend, diep genesteld in het hart van de Franse Alpen. Vanuit het COERS Basecamp in Le Bourg-d’Oisans werden drie schitterende tochten ondernomen.
La Marmotte wordt alom beschouwd als de moeder aller cyclosportieven. Niet alleen is het een van de oudste cyclo’s ter wereld – met de eerste editie in 1982 – het is ook veruit een van de zwaarste. Het parcours, dat de Col du Glandon, de Col du Télégraphe, de Col du Galibier, en Alpe d’Huez omvat, doet in zwaarte niet onder voor een koninginnenrit in de Tour de France.
Voor de COERS Cycling Club is zo’n uitdaging natuurlijk koren op de molen. Daarom zochten acht COERS-kleppers hun beste klimmersbenen op voor een lang weekend klimmen in de adembenemende Franse Alpen.

Na een vlotte reis werd op 19 juni het COERS Basecamp ingericht op RCN Belledonne. Terwijl Noah en Sem hun tenten opzetten, waren de anderen al druk bezig met het avondeten. Na een heerlijke pastamaaltijd konden op vrijdag eindelijk de eerste kilometers worden gemaakt.
Na een typisch Frans ontbijt met croissants en baguettes, vertrokken de renners kort na 9 uur. Peter Jongsma, Peter van Wijgerden, Paul en Christian stuurden COERS richting de Col d’Ornon voor een tocht door het minder bezochte, maar zeker niet minder mooie, oosten. De Ornon (10,5 km à 6,2%) is al acht keer in de Tour beklommen, vaak in etappes die eindigden op Alpe d’Huez. Onder een aangename zon werd de klim gezamenlijk beklommen. Na een vlotte doortocht door La Mure kon er bijna een uur lang genoten worden van een magnifiek uitzicht over het Lac de Monteynard-Avignonet, een reservoir dat in 1962 werd gecreëerd door de bouw van een 145 meter hoge stuwdam.

Ondertussen waren Peter Woestenberg, Sem, Noah en Derek met de auto naar de top van de Alpe d’Huez gereden om de startnummers op te halen. Na een sterke bak koffie maakten ook zij zich klaar voor het actieve gedeelte van de dag. Sem reed de Grimpée d’Huez – een tijdrit op de Alpe – terwijl de “Woest” een stukje de Croix de Fer op fietste.
Bij het Grand lac de Laffrey troffen Noah en Derek met de COERS Support Car vier dorstige fietsers aan. Bij een gezellig tentje aan het water werd er gegeten en gedronken, terwijl de zeilwedstrijden tussen tieners van een zeilkamp aandachtig werden bestudeerd.
Na de lunch werd er een culturele pitstop gemaakt in Laffrey. In 1815 passeerde Napoleon dit dorp tijdens zijn beruchte Honderd Dagen, waarin hij terugkeerde van Elba om uiteindelijk te eindigen in Waterloo. Het was hier in Laffrey waar Napoleon en zijn kleine leger werden opgewacht door de koninklijke troepen van Lodewijk XVIII. Op de Prairie de la Rencontre liet Napoleon zijn eigen troepen achter om de legendarische woorden “Als iemand van jullie zijn keizer wil neerschieten, hier ben ik” uit te spreken. In plaats van Napoleon neer te schieten, sloten de soldaten zich bij hem aan, met de roep: “Vive l’Empereur!” Bij het standbeeld dat in 1930 werd geplaatst, werd een korte pauze gehouden, voordat het laatste uurtje terug naar de camping werd gereden.
Bij terugkomst was Sem net begonnen aan zijn tijdrit op de Alpe. Hoewel hij de Alpe vaak op Zwift heeft gereden, viel zijn echte debuut hemzelf zwaar. In de hitte (34 graden!) was het een bezwering op de steile stroken. Hij bereikte de top net onder de 1 uur en 10 minuten.
Die avond stroomde de camping vol met fietsers die deel zouden nemen aan La Marmotte. Velen liepen jaloers langs het COERS Base Camp, waar Paul druk bezig was met het bakken van pizza’s in de nieuwe COERS Pizza oven. Pizza Tonno, Pizza Pollo of Pizza Pikante, Don Paulos draaide zijn hand er niet voor om. De pizza’s vonden gretig aftrek, waarna het nog lang gezellig bleef.

De dag voor de Marmotte werd uiteraard rustig aan gedaan. Peter van Wijgerden reed samen met Paul rustig de Alpe op, de “Woest” reed een ritje over de Ornon, Noah beklom Les Deux Alpes in zijn Greg LeMond-outfit, terwijl Sem en Peter Jongsma door de vallei reden.
In de middag werd er een heel ander soort activiteit ondernomen. Derek had iedereen overtuigd om met hem te gaan raften. Hoewel hij het eerst best spannend vond, stapte hij toch in de boot. Onder leiding van een lokale brandweerman – met alcoholslot in zijn bus – werd de boot veilig over de rivier gestuurd.

Op zondag was het dan eindelijk zover: La Marmotte. Het startschot voor de cyclo van 177 km met 5300 hoogtemeters werd om 6.30 uur gegeven, dus voor 5 uur zaten de mannen al aan hun ontbijt. De vijf COERS-kleppers die zich aan de cyclo waagden waren: Paul, Woestenberg, Peter Jongsma, Sem en Noah. Verder deden ook enkele COERS-leden mee die geen onderdeel waren van het officiële weekend.
Vanaf de start werd er onverwijld hard naar de voet van de Col du Glandon gereden. Deze klim van buitencategorie is bijna 30 kilometer lang en begint met een aantal prachtige haarspeldbochten langs een stuwdam.

Op de Glandon – 14 keer opgenomen in de Tour – hebben klimgeiten als Lucien Van Impe en Richard Virenque zich vaak laten gelden. Op de onregelmatige (steile) stroken aan het begin van de klim ging het misschien niet net zo hard als destijds, maar er werd flink doorgereden. De krachtverhoudingen onder de COERS-renners werden ook snel duidelijk.
De “Woest” was met enige afstand de sterkste COERS-klepper. Het mirakel van Sint Willebrord reed, ondanks een slechte startpositie, met de besten mee bergop. In de vallei tussen de Glandon en Galibier maakte hij op zijn terrein nog meer plekken goed. Hoewel het op de Télégraphe nog gezwind liep, kwam Peter de man met de hamer tegen op de Galibier. Hij verloor wat plekken, maar herpakte zich in de afdaling. Op de Alpe ging het weer gezwind, en hij eindigde uiteindelijk als 201e met een officiële tijd van 6:46:36, goed voor een gemiddelde van bijna 25 km/u. Bij de 50+ eindigde Peter op een 13e plek! Na afloop zei hij dat het lang geleden was dat hij zo had afgezien.
De andere Peter (Jongsma) reed ook zeer verdienstelijk. Een week na zijn overwinning in de Cyclo Vaujany waren de benen weer goed hersteld. Hoewel hij de “Woest” niet bij kon houden, ging ook hij gezwind bergop. Met een tijd van 6:57:24 werd hij 19e bij de 50+.
Voor iedereen was het een uitermate zware dag in het zadel. De hitte maakte de toch al zware rit net dat beetje extra zwaar. Voor Paul liep het nog goed op de eerste twee beklimmingen, maar ergens op de Galibier kwam hij zichzelf tegen. In wat hij later beschreef als een van zijn zwaarste dagen op de fiets van de laatste 10 jaar, sleepte hij zichzelf naar de eindstreep op de Alpe. Compleet uitgeput kwam hij als 69e binnen bij de 50+.

Sem bereikte wel de eindstreep, in zijn derde Cyclo ooit. Net als velen die middag had hij het enorm zwaar op de Galibier. Door de vele gels en sportvoeding van de eerste uren lukte het hem niet om genoeg te eten. Op de klim naar grote hoogte (2640 m) kreeg hij een hongerklop. Hij zwoegde naar boven op de laatste steile stroken, waarbij de sneeuw langs de kant van de weg niet de enige sneeuw was die hij zag. Bovenop stortte Sem zich op het bevoorradingspost, waarbij een deel van zijn tand afbrak op een stuk baguette. Deze marginale gains mochten echter niet baten, want voor zijn gevoel kwam hij niet omhoog op de Alpe. Desondanks lukte het hem toch zonder al te veel te stoppen de top te bereiken. Hij was uitermate trots op zijn prestatie!
Na afloop werd er moe maar voldaan teruggeblikt op de Cyclo. Terwijl de pizzaoven aanstond, kwamen diverse andere fietsers en pensionado’s op de camping vragen naar de avonturen van de dag. Iedereen had zijn eigen verhaal en vertelde dit uitvoerig aan het toegestroomde publiek. Op naar een nog mooiere editie in 2026!

