fbpx

De Ronde van Luik door Leon van der Ster

De Ronde van Luik door Leon van der Ster
12/08/2013 admin
In Trips

De Ronde van Luik door Leon van der Ster

Dag 1: De Proloog in Banneux (5 km)

Nooit eerder heb ik op de racefiets een proloog of een tijdrit gereden. De enige twee korte ritten met tijdswaarneming die ik gereden heb, waren op de MTB tijdens de LCMT in 2010. Zonder inrijden met de MTB de Stockeu op, leverde me toen de 7e tijd op, achter winnaar en cyclovriend Michael Ossieur. Twee dagen later werd ik derde in de langere klimtijdrit. Ik had werkelijk geen flauw idee wat me nu bij een amateurkoers te wachten stond.

Enigszins verbaasd was ik wel toen ik ’s avonds om 19.15 uur met de racefiets het parcours op reed. Ik zag renners langskomen op tijdritfietsen en diegene die dat niet hadden, waren op zijn minst uitgerust met een opzetstuurtje en een tijdrithelm. Sta ik daar aan het vertrek met mijn ‘gewone’ racefiets. En ik maar denken dat ik naar een amateurkoers ging! Langs het parcours zag ik verschillende renners op de tacx aan het inrijden. Ook bij mijn eigen ploeggenoten, die ik nu als renner voor de eerste keer dit seizoen meemaakten, stonden twee tacxen om warm te rijden. Zelf had ik net 2,5 uur in de auto gezeten en besloot maar even om het ronde van slechts vijf kilometer op de fiets te verkennen. Het bleek een mooi rondje te zijn. Na de start klein stukje valsplat, daarna hellend naar beneden, mooie ruime bocht naar rechts, alwaar het iets bergop liep en je al stoempend op de grote plaat door kon harken. Vervolgens naar rechts, bocht hoefde je niet te remmen, rechtdoor over een verkeersdrempel, kom je bij een kruising die je als een soort chicane kon nemen, zonder al te veel af te remmen. Vervolgens stukje naar beneden toe, naar links en gelijk weer rechtdoor naar rechts en dan een bijtrap afdaling naar beneden. Hier kwam je dan bij de gevaarlijkste bocht waar wat grind lag en die door de regen ook er nat bij lag. Nadat je deze bocht naar rechts had genomen, kwam je op een grote weg die een paar honderd meter met een paar % gemeen omhoog bleef doorlopen. Je draaide bijna boven naar links en met het laatste stukje valsplat klimmen bereikte je dan de finish.

Bij de eerste en enige keer inrijden, trachtte ik een gestarte renner bij te houden. Tot aan de chicane kon ik de renner op zo’n veertig/ vijftig meter afstand blijven volgen, zonder dat ik mezelf gelijk over de kop reed.  Na de chicane  kwam een busje van de organisatie naast me rijden. Hij begon een beetje in het Frans te praten tegen me en ik begreep eruit dat ik nog niet op het parcours mocht rijden. Ik heb me toen maar uit laten rijden en ben onderaan de afdaling naar links afgeslagen voor een sanitaire stop en om even een jasje aan te doen, nu de regen toch wel iets harder naar beneden kwam.

Als laatste van de 10 Cycloteamers (inclusief gastrenners) mocht ik van start gaan. De snelste tijd van ons was gezet door Timo Fransen, die als gastrenner mee was. Hij noteerde met 7.16 achteraf gezien ook gelijk de snelste tijd van het hele pak. Zelf leek mij een minuutje of acht wel haalbaar.

Na het vertrek jaagde ik de hartslag gelijk het rode in, de teller liep op naar boven de veertig en in het stukje net voor de bocht zag ik dat ik 53 km/u reed. Bocht door, naar boven knallend, staand met de handen onderin de beugel en teller niet onder 35 gezien, stoempend doortrekken. Op dat moment komt er een zwart busje langs en ik dacht dat die van de organisatie zal zijn. Het busje blijft voor me rijden, de bocht door en bij het verkeersdrempeltje zie ik zijn remlichten opdoemen en mindert hij serieus vaart. Ik tik mijn remmen eventjes aan en ga wat meer rechtop zitten. Het bus blijft vervolgens voor de chicane stilstaan en geeft eerst richting naar rechts en vervolgens net voordat ik er links langs wil gaan, doet hij richting naar links aan. Ik schreeuw, vloek, rem, maak wegwerpgebaren naar het busje en naar de verkeersregelaar daar en neem langs het stilstaande bus links de bocht om vervolgens gelijk naar rechts te gaan. Het stukje daarna naar beneden word ik vervolgens weer voorbij geracet door het busje. Ik ga naar links en zie een verkeersregelaar druk aan het zwaaien. Het busje zie ik ook daar bij de verkeersregelaar. Uit de rommelige situatie die ik waarneem met een hartslag boven de 180, probeer ik de situatie in mijn hoofd te vertalen. In een flits besluit ik dat ik linksaf moet. Ik minder wat vaart, ga links, maar voel aan de benen dat het omhoog aan het lopen is. Dat gevoel had ik niet bij het inrijden. Ik kijk de weg verder langs en zie dat het inderdaad een stuk omhoog gaat. Ik kijk achterom en zie de verkeersregelaar van een afstand gebaren maken dat ik verkeerd zit. Ik keer om, rijd langs hem, maak vergelijkbare gebaren als bij de chicane, schud mijn hoofd en denk vervolgens is het nu links of rechts naar beneden. Inmiddels sta ik vrijwel stil, kijk de man paniekerig en radeloos aan. Hij geeft aan dat ik links naar beneden moet. Ik probeer me nog op gang te trekken. Kom bij de bocht met het grind, neem de bocht op mijn dooie akkertje en kijk op mijn tellertje. 8 minuten ga ik nooit meer halen, ik vind het wel best. Op reserve rijd ik de klim naar boven, maak voor mijn ploeggenoten nog even een overwinningsgebaar en rijd teleurgesteld, in de manier van afzetting, in het busje op de parcours, maar vooral in mezelf over de manier van voorbereiding, richting de finish. Tijd niet meer belangrijk. Het bleek 8.44 te zijn. Ik hield er welgeteld nog drie achter me in de uitslag. Nou ja, gezien de voorbereiding en het verloop, was dit voor mezelf in ieder geen goede afspiegeling van waar ik nu stond en had ik nog geen flauw idee hoe de vorm momenteel zal zijn. Ik schat dat het een minuut sneller had gekund en zie dat ik dan in de uitslag netjes tussen mijn teamgenoten had gestaan. De eerste binnenkomer van mij bij de ploeg is sportief gezien geen al te beste. Morgen maar trachten recht te zetten.

De sfeer die ik bij het team aantref is zeer goed. Alles is netjes geregeld. Teamleden wachten netjes op elkaar, moedigen elkaar aan tijdens de individuele rit en geven tips aan elkaar. Uiteraard wordt er ook gelachen. Nadat we bij het hotel zijn aangekomen, staat even later de spaghetti al voor ons neus. Met een lekkere Leffe Blond gaat dat er wel in als zoete koek. Er wordt gelachen,er  komen mooie verhalen op tafel en er wordt alvast op basis van de ervaringen van voorgaande jaren vooruitgeblikt naar dag 2.

Ik deel een kamer met ploeggenoot Jasper, een sympathieke kerel voor wie de Ronde van Luik ook de eerste keer is. Beiden kijken we uit naar hetgeen de komende twee dagen te wachten staat. Ik neem er beneden aan de bar nog maar even een herstelbiertje op. Om iets over twaalf vertrek ik richting kamer en val als een blok in slaap. Ontbijt pas om half negen, wat een luxe!

Dag 2: Gouvy – Gouvy (100 km.)

Het ontbijt is netjes geregeld en de tafels staan al om 8 uur geheel gedekt. De sfeer zit er nog beter in nu we officieel hebben vernomen dat Timo de snelste tijd had en dat we vandaag in de leiderstrui zullen starten. Timo heeft echter zondag andere verplichtingen en moet na vandaag naar huis. We besluiten dan ook dat hij zijn leidersprijs niet kan verdedigen, aangezien dat we heel lullig zal zijn voor de organisatie. De leider die niet van start zal gaan. Timo besluit er een mooie training van te maken in de voorbereiding op zijn NK tandem van a.s. zondag.

Naast Timo stonden ook Remy, Martijn en Erik er na de proloog goed voor. Erik is ook een gastrenner en is een echte klimgeit. Het vetpercentage heeft hij zo ongeveer gemeen met Rasmussen en hij rijdt voor een amateur ook met dezelfde kruissnelheden een berg op. Hij is daarvoor ook de aangewezen man om in de heuvelachtige etappes van voren te houden. Naast Erik is ook Remy in goede vorm. Zeker met de glooiende etappes, waarbij het nog niet echt stijl klimmen is, kan hij heel goed uit de voeten. Vandaag beloofd zo’n dag te worden.In de ploegenbespreking worden Remy en Erik voor dag 2 door ploegleider Anton als beschermde renners aangewezen. Timo heeft een vrije rol en de rest probeert gewoon
attent mee te koersen en met ontsnappingen mee te zitten.

Vanaf het hotel geeft de navigatie aan dat het zo’n 30 kilometer is naar de start. Het blijkt een stukje meer, aangezien verschillende wegen zijn afgezet. Het is heerlijk om pas om 14.00 uur te hoeven starten. Na het eten kon je zo nog even relaxen, op bed liggen en op je gemak je spulletjes klaarmaken voor de koers. We besluiten tijdig aanwezig te zijn in Gouvy zodat we nog even kunnen inrijden en zodat we ook daar alles op het gemak kunnen doen. Het idee om vandaag met oortjes in te rijden, wordt net voor de start door een jurylid abrupt ten einde gemaakt. Helaas heb ik dus nog steeds niet aan den lijve het gebruik van oortjes tijdens een koers kunnen ervaren.

De etappe is vandaag 5 omlopen van op papier 20 kilometer. In de praktijk bleken het omlopen van nog geen 18 km. te zijn.
Ik sta op de eerste start rij en de eerste paar honderd meter na de start zijn lichthellend. Het tempo wordt gelijk goed opgevoerd en richting de eerste klim proberen renners al weg te rijden. Steeds is er iemand van onze ploeg attent en springt mee. Na een kilometer of 7 komt het eerst klimmetje eraan. Niet lang, niet stijl, maar net moeilijk genoeg om de benen pijn te doen. In de eerste ronde niet moeilijk genoeg om de forcing te doen. Na vervolgens een stuk glooiend in de wind te hebben gereden, wacht aan het einde van de ronde nog een klein klimmetje waarbij de moeilijkheid vooral ook wordt veroorzaakt door het slechte wegdek. Je stuitert elke kant op en nergens heb je het gevoel dat je eventjes lekker omhoog kunt rijden!

Indien je deze klim hebt doorstaan, is het zaak om je goed te gaan positioneren. De finish ligt namelijk nog geen tweehonderd meter na een haakse bocht die volgt op een afdaling.

In de eerste ronde wordt zeer attent gereden door onze ploeg. Timo demarreert al een paar keer en rijdt inmiddels met twee man vooruit. Verschillende renners proberen er naar toe te rijden, maar hebben steevast een groen, zwart, geel Cycloteam tenue achter zich op de bagagedrager. Op die manier bleven we steeds attent voorin koersen. Op een gegeven moment tel ik zes van onze mensen bij de eerste twintig!

In de 2e Ronde zie ik Remy aan de linkerkant afzakken. Hij heeft een afloper. Ik vraag of ik moet wachten, maar dat hoeft niet van hem. Nog dezelfde ronde zit Remy in de kopgroep! Eventjes teruggereden tussen de wagens en gelijk maar volle bak koers. Hij zit in de goede slag en de groep van een man of tien loopt per ronde verder van ons weg. Wij neutraliseren die ronde en ook in de volgende ronde menig aanval en als er al een groepje gaat rijden, zit Timo daar sowieso bij.

Uiteindelijk hebben we één collectief moment van onoplettendheid en rijdt er in de vierde ronde toch nog een groepje weg van het peloton. Dat was jammer omdat deze groep uiteindelijk in de laatste ronde nog terugkomt op het merendeel van de kopgroep en omdat bij Remy dan het beste er vanaf is, na vier rondes met een klein groepje te hebben gedraaid, moet hij in de laatste kilometers de groep laten lopen. Uiteindelijk komt Remy als 16e binnen op een kleine minuut van de winnaar. Op Mark en Evert, die er na afloop nog een mooie training aan vastplakt door met de fiets naar het hotel te gaan, na rijdt de rest netjes in het peloton zijn koers uit. Voor mezelf een mooie ervaring en op de kamer met Jasper evalueren we de koers nog even en waren het er allebei mee eens dat we collectief goed gereden hadden en dat het een lekkere koers was.

Na afloop van de koers verzamelen we nog even op de parkeerplaats bij de ploegleiderauto. Zelf stond ik met de auto een stukje verder op een ander parkeerterrein. Ik had mijn fiets daar op slot gezet op de bagagedrager en liep met een cola in mijn handen, telefoon, flesjes chocomel en portemonnee en sleuteltje terug richting mijn ploeggenoten.

Pas bij terugkomst bij het hotel en toen ik de fiets van de bagagedrager eraf wilde halen, kwam ik erachter dat ik het sleuteltje van het slot kwijt was. Eerst alle zakken leeggemaakt, vervolgens heel de auto overhoop gehaald.  Niets te vinden. Enige mogelijkheid was dat ik in de gauwigheid het sleuteltje in de rechterzak van mijn trainingsbroek heb gestopt en laat daar nu net een gat in zitten. Dus ik als de nieuwe Jos Verstappen terug naar de startplaats. Weer een half uurtje verder en inderdaad daar lag het sleuteltje nog op de parkeerplaats bij de ploegleiderauto! Ik in euforie weer terug, wetende dat ik eigenlijk op de heenweg al moest tanken aangezien de auto al op de heenweg aangaf dat ik moest tanken. Heen werd ik door allerlei omleidingen door Luxemburg gestuurd en op de grens had ik tankstations zat gezien. Dat moest dus wel goed komen. Terug pakte de navigatie alleen een andere route en op die binnendoor route kwam ik geen enkel benzinestation tegen. Uiteindelijk vond ik vier kilometer voor het hotel toch nog een Argos ombemande pomp, ruim op tijd, ik had nog 18 kilometer kunnen rijden. Alleen midden in de Ardennen wil dat niet zeggen dat je dan een pomp binnen handbereik hebt. Wederom een stressmomentje overleefd…

Bij terugkomst bij het hotel was de sfeer wederom goed. Even balen van de gemiste slag, maar verder had vrijwel iedereen er een goed gevoel aan overgehouden. Na eventjes snel onder de douche te zijn geweest, stond er inmiddels al een lekkere koude Leffe Blond te wachten. Vervolgens konden we gelijk weer aanvallen voor de pasta en met een lekker ijstoetje erna.

Omdat we op zondag wederom pas om 14.00 uur van start gingen, was het ontbijt verplaatst naar 9.30 uur. Na het eten even lekker door onze masseur Michel onder handen genomen (dank nog hiervoor!) en vervolgens nog eventjes een afzakkertje genomen en wat gefilosofeerd met Evert, Michel en Erik. Uiteindelijk werd het iets over één voordat ik wederom een heerlijk nachtje tegemoet ging. Al met al niet alleen een geslaagde koers, maar bovenal ook gewoon een hele geslaagde dag.

Dag 3 Stavelot – Stavelot (87 km.)

Etappe drie was op voorhand de zwaarste. De afstand stelt natuurlijk geen fluit voor, tenminste voor mij niet. In vergelijking met die negen uur die ik op de MTB zat twee weken geleden, hoef ik daar niet bang voor te zijn. Maar er stond diep in de finale tweemaal de Cotê de Wanne op het menu. Wat een pokke ding is dat zeg…Overigens maakte ik me nog niet al te druk om de beklimming. Na alle verhalen over de afdaling en de valpartijen die daarbij kwamen bij de vorige editie, waren we ook gewaarschuwd voor de afdaling. Hier had ik zelf geen angst voor. Wel was ik enigszins ongerust over de koers richting de Wanne. De laatste keer dat ik meedeed aan het hectische geduw & getrek om weer voorin te komen, was tijdens mijn laatste klassieker de Parel van de Veluwe in 2011.

Uiteindelijk was het zaak om zowel Remy als Erik goed af te zetten. Zeker Erik maakte wel een kans  voor een topnotering zodra het asfalt flink omhoog gaat lopen. En daarvoor was de Wanne op voorhand meer dan geschikt.

Na de geneutraliseerde start werd het tempo gelijk omhoog geschroefd. Enkele dapperen probeerden weg te komen, maar daar was geen beginnen aan. Bij gebrek aan selectievere wegen, was het enkel zaak om niet in het zoveelste gat in de weg te rijden en nu en dan eventjes weer een stukje naar voren in het peloton op te schuiven. Na een kilometer of 30 was er een kleine valpartij waarbij de gevallen renner tegen Erik zijn schoen aankwam en daardoor raakte de gesp van zijn schoen kapot. Gelijk na de valpartij besloot ik om me naar de staart van het peloton te laten terugzakken en te wachten tot hij tussen de auto’s zichtbaar werd. Dit duurde even en toen ik hem zag komen, heb ik hem eventjes opgepikt. Om het probleem echter te verhelpen, moesten we eventjes stoppen, zodat hij de kapotte gesp eraf kon halen en de twee klittenbandsluitingen een stuk strakker doen. Hierna waren we genoodzaakt om eventjes vol gas terug te rijden en konden we via de auto’s terugrijden. Ik deed daar wel eventjes een jasje uit. Eenmaal in het peloton zorgden we ervoor dat we weer snel van voren zaten, aangezien de positionering richting de Wanne ging beginnen.

Net als je bij de profs op TV ziet, gaat het er bij de amateurs niet anders aan toe. Kilometers voor de Wanne begon het geduw en getrek en wilden alle renners het liefst op de tweede rij zitten. Het lukte ons als ploeg goed om Remy en Erik goed van voren te houden. Enkele kilometers voor het begin van de Wanne sloeg echter het noodlot toe. Nou ja, noodlot, gewoon een hele domme actie van een motorbegeleider. Die dacht nog even dat er plek was om naar voren te rijden langs het peloton. Daar was echter geen ruimte. Op de één of andere manier raakte hij een renner en hoorde ik een harde knal naast me. Links over mijn schouderkijkend dacht ik een renner van ons te hebben gezien. Ik dacht aan Gerben. Ik keek achterom en zag dat er een hele groep tegen de grond was gekwakt. Even overwoog ik om in de remmen te knijpen, maar uiteindelijk toch maar doorgereden in de wetenschap dat er een ploegleiderauto van ons met goede mensen achter zat. Een stuk verder zie ik dat Gerben toch van voren rijdt. Ik betwijfel nu of en wie er bij ligt van ons. Martijn misschien? Na afloop hoor ik dat Jos zwaar ten val is gekomen. Een enorme domper op het verder zeer geslaagde weekend. Een emotionele Loes die zich wederom als één van de begeleiders verdienstelijk maakte, ving de renners na de koers op. Het doet je dan wel wat als je krijgt te horen dat een fietsmaat van je met de helikopter is afgevoerd. Gelukkig was Jos buiten levensgevaar en was het eerste nieuws dat hij naar het ziekenhuis in Luik ging en dat hij vermoedelijk zijn bovenbeen had gebroken. Dat is natuurlijk zwaar k.t, maar op zo’n moment ben ik de nuchtigheid zelve en oordeel ik net als de chirurg die vorig jaar bij de TransAlp mijn nekbracelet afdeed. Buiten levensgevaar, geen kans op een dwarsleasie, dan valt de rest wel mee.

Jos zal een lange weg te gaan hebben met de revalidatie van zijn driedubbele breuk in zijn heup, maar komt er vast en zeker weer bovenop. Bij deze Jos veel sterkte gewenst.

Erik bleek net iets te kort te komen voor een top 10 notering. De kasseitjes in Stavelot waren hem niet op het lijf geschreven. Erik kwam wel netjes als 13e op slechts 44 seconden van etappewinnaar Kristof Wielfaert  binnen.  2e werd Bart Vrolijkx (4e bij de Marmotte van dit jaar) en 4e en tevens eindwinnaar werd cycloklepper Kristof Houben, die vorig jaar 2e werd met Bart van Damme bij de TransAlp (en tevens 2e achter Bart Bury dit jaar in de Marmotte). Er stonden dus behoorlijke kleppers aan de start!

Remy kwam op 2.57 als 34e over de streep en werd uiteindelijk 36e overall. Erik werd netjes 20e overall. Zelf kwam ik, na mezelf op de eerste keer op de Wanne volledig te hebben opgeblazen, toch nog als 50e over de streep. Zo schoof ik toch nog op van de 121e plaats na de proloog naar de 68e plek in de einduitslag. Een hele mooie ervaring en een zeer geslaagd weekend rijker. Helaas met een wrange nasmaak vanwege het incident van Jos, waar hij zelf geen fluit aan kon doen. Christian bedankt voor de succesvolle organisatie! Michel, Loes, Anton en Hub bedankt voor de goede begeleiding en teammaats bedankt voor de goede onderlinge spirit! Hetgeen ik ervaren heb afgelopen weekend, is exact hetgeen we met Cycloteam voor ogen hebben. Sportiviteit gekoppeld aan gezelligheid!

Tot de volgende koers. Oh ja, ik had stilletjes de ambitie voor een top 50 bij de Criq. Nou ja, op facebook had ik aangegeven dat ik mezelf nog een paar keer pijn moest doen om die vorm te bereiken….Dit weekend heb ik in ieder  geval weer een paar stapjes in die richting gezet.

Leon

Comments (0)

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.